VIIIème remise des prix d'histoire 'Duc d'Arenberg'
Retour à l'aperçuProgramme
Conference by the president of the European Commission, Dr. Barroso
Visit of the exhibition
Award of the prizes to the Capilla Flamenca and Mirella Marini
Professor Jan Roegiers: Laudatio Capilla Flamenca
Messeigneurs,
Excellences,
Mesdames, Messieurs,
Il y a au tournant du moyen âge et des temps modernes, deux formes ou genres dans l’art qui sont typiques de nos régions et qui ont influencé toute l’Europe. Il y a tout d’abord la peinture de l’école qu’on nomme fort mal à propos “les primitifs flamands”, une école franco-flamande qui a produit de nombreux chefs d’oeuvre sur parchemin aussi bien que sur panneau. Et il y a l’école de musique vocale, polyphonique, dont l’art s’est répandu à travers toute l’Europe et forme le vrai début d’une histoire musicale vraiment européenne. Faire vivre, revivre, cet art, le faire comprendre et aimer par un large public, voilà la mission que la Capilla Flamenca s’est posée. Pour la façon dont elle s’est acquittée de cette tâche, par ses concerts, enregistrements et nombreuses autres initiatives et pour la haute qualité de ses realisations, le jury des prix duc d’Arenberg a décidé de décerner le grand prix 2006 à l’ensemble vocal et instrumental Capilla Flamenca, consistant de Marnix De Cat, contratenor, Jan Caals ou Tore Denys, tenor, Lieven Termont, bariton et Dirk Snellings, basse, et dirigé par ce dernier. D’après les exigences des oeuvres à interpreter, l’ensemble vocal est complété par des instrumentistes, une alta capella avec des instruments à vent, une bassa capella d’instruments à cordes, ou un orgue.
De zeven vorige Arenbergprijzen werden toegekend aan de auteur van een historische studie die beantwoordde aan de doelstellingen van de Prijs Hertog van Arenberg: een werk van hoge wetenschappelijke kwaliteit over de geschiedenis en cultuur van onze gewesten – breed genomen de oude Nederlanden en de omringende gebieden waarin het huis Arenberg in de loop der eeuwen zijn activiteiten heeft ontplooid – en tevens bestemd voor een ruim publiek. De bedoeling van de prijs is niet op de eerste plaats de wetenschap te eren, als wel uitstraling te verlenen aan het rijke historische en culturele verleden van dit deel van Europa en een breed publiek bewust te maken van deze rijkdom. Dit jaar heeft de jury geoordeeld dat deze doelstelling perfect gerealiseerd wordt door het vocaal en instrumentaal ensemble Capilla Flamenca en daarom besloten hun realisaties in 2004 en 2005 met de Prijs Hertog van Arenberg 2006 te bekronen.
Sinds haar oprichting in 1993 heeft Capilla Flamenca zich toegelegd op de schitterende muziek die tussen 1400 en 1600 in onze gewesten werd voortgebracht en die toen over heel Europa werd uitgevoerd. Dit gebeurde niet enkele met een steeds stijgend aantal concerten in binnen- en buitenland en met zeer succesrijke en reeds vaak bekroonde opnamen, maar ook soms door integratie van andere kunstvormen als dans en video en door educatieve projecten. Daarmee bereikt Capilla Flamenca niet enkel een gespecialiseerd internationaal publiek van fijnproevers, maar ook een brede groep van geïnteresseerden en zelfs jongeren. Bijzonder opvallend in al hun producties is de hoge kwaliteit van de wetenschappelijke voorbereiding die eraan voorafgaat en de grote zorg om de cultuurhistorische context van de uitgevoerde werken mee te delen aan hun publiek.
Capilla Flamenca that is honoured today, takes its name from the court chapel of Charles V that accompanied him when this native of our regions, who had never left this country, went to Spain in 1517 to be installed as a King. Charles took with him some of the best musicians of the Low Countries, who had specialised in the polyphonic repertoire of the Flemish school. But already before their arrival and also after the death of the king-emperor, Flemish polyphonic music was executed at the Spanish court, as was the case in many other courts and churches all over Europe.
Since 1993 Capilla Flamenca dedicates itself with a remarkable success to the revival of this splendid music. Since 2003 the number of their concerts abroad surpasses that of the concerts in Belgium. They could be heard in some twenty countries, from Spain and Sweden to New Zealand, Hong Kong and the US. All five recordings of 2004 and 2005 were awarded the Prix Choc Le Monde de la Musique, and in the same years they got a Diapason d’Or, the Klara Muziekprijs of the Flemish Radio, the Cecilia Prize of the Belgian Musical Press and other awards. For the artistic merits and the musicological quality of their work they got the prestigious Premio Internazionale Il Filharmonico, awarded previously to such musicians as Pierre Boulez, Gustav Leonhardt, Olivier Messiaen, John Elliott Gardiner and Zubin Mehta. In 2005 the Flemish Government awarded them the Cultuurprijs Vlaanderen voor Muziek.
Those who are familiar with the work of Capilla Flamenca know how their program follows a systemic plan and how they concentrate every year on a specific theme and/or composer. In 2005 e.g. this was first Jacob Obrecht, who died five centuries earlier, whose works were performed by them at Antwerp, Utrecht, Florence, Ebenbach, Philadelphia, New York, Kansas City an Nashville, and recorded on a very successful CD. The same year they recorded for Musique en Wallonie Dulcis Melancolia, a musical portrait of Margaret of Austria whose court made Mechelen in the first decades of the 16th century an important centre of polyphonic music. Their complete discography numbers 29 CD productions.
J’espère de vous avoir expliqué les raisons qui ont porté le jury du Prix Duc d’Arenberg à décerner le prix 2006 à l’ensemble Capilla Flamenca. Ceux parmi vous qui n’auraient pas encore eu le privilège de les écouter viva voce auront le plaisir tout à l’heure.
Vooraleer het echter zover komt is het mij een groot genoegen namens de organisator en de jury van de Prijs Hertog van Arenberg de grote prijs 2006 te mogen overhandigen aan Dirk Snellings, die niet enkel muzikaal maar ook wetenschappelijk de stuwende kracht is van Capilla Flamenca. Proficiat.
Professor Hilde De Ridder-Symoens: Laudatio Mirella Marini
Messeigneurs,
Excellences,
Mesdames, Messieurs,
Comme déjà mentionné, les Archives et Centre Culturel d'Arenberg récompensent tous les deux ans un travail de recherche à caractère scientifique et principalement effectué à partir des archives d’Arenberg. Parmi les ouvrages qui concouraient pour ce prix d'histoire régionale, ou petit prix, le jury a par unanimité, couronné le mémoire de maîtrise de Mirella Marini sur Anne de Croy, duchesse d'Arschot, et princesse-comtesse d'Arenberg, qu'elle à présenté en 2006 au département d'histoire de la Katholieke Universiteit Leuven.
Les membres du jury ont trouvé unanimement que le mémoire sur Anne de Croy de madame Mirella Marini est de haute qualité à tous points de vue et que l’ouvrage répond tout à fait aux exigences du règlement. Il est très bien écrit et les points de départ sont respectés. L’œuvre est le résultat de recherches intensives dans les Archives d’Arenberg à Enghien et Bruxelles. Anne de Croy entre dans la famille d’Arenberg et s’y bat pour la gloire de la famille. L’auteur montre très bien dans cet ouvrage quelle était la philosophie de la noblesse au travers des actes d’Anne de Croy.
Waarom de jury unaniem de licentiaatverhandeling van Mirella Marini met de titel Anna van Croy (1564-1635) hertogin van Aarschot en prinses-gravin van Arenberg. Vermogen en onvermogen van een hoogadellijke dame in het begin van de zeventiende eeuw, bekroond hebben zal duidelijk worden.
Daarvoor is het nodig om de twee protagonisten van deze bekroning aan u voor te stellen: Anna de Croy die leefde van 1564 tot 1635 en haar 400 jaar jongere biografe Mirella Marini.
Het lag niet zo voor de hand dat deze jonge Limburgse dame zich zou ontfermen over een 'grande dame' uit een ver verleden. Mirella Marini vatte namelijk na haar humaniora studies Latijn-moderne talen in Maasmechelen een rechtenstudie aan en werd in 1996 kandidaat in de rechten aan de Katholieke Universiteit Leuven. Inmiddels bekwaamde ze zich ook in de informatica. Na enkele jaren werkervaring in de verzekering- en banksector was de roep naar geschiedenis echter te groot. In 2002 schreef ze zich aan dezelfde Universiteit opnieuw in, en met succes. Dit jaar behaalde ze met grote onderscheiding haar licentiaatdiploma Moderne Geschiedenis met een scriptie over Anna de Croy, onder leiding van prof. Jan Roegiers.
Via de persoon van Anna de Croy heeft de laureate gepeild naar de mentaliteit en levensfilosofie van de hoge adel in de vroegmoderne tijd. En daar is ze bijzonder goed in geslaagd. Als oudste dochter en tweede kind van Filips II van Croy, de enige edelman die, buiten de vorst, een hertogtitel voerde, was Anna van Croy een gegeerde bruid. Na mislukte onderhandelingen om haar te verbinden met een pair, een gelijke in rang, Filips-Willem van Oranje-Nassau, de oudste zoon van Willem van Oranje, huwde ze met Karel van Arenberg. Deze edelman stond weliswaar lager in rang, en ook financieel kon hij niet veel inbrengen, maar hij was wel een rijzende ster in de Nederlanden, en geliefd aan het Hof. Deze Karel had eerst tien jaar tevergeefs geijverd om te huwen met Sybille, dochter van de hertog van Kleef-Gulik-Berg. Ik vermeld dit omdat deze emotionele tragedie onderwerp was van een scriptie Van Christine Maes van de Universiteit Gent, die in 2000 bekroond is met dezelfde regionale Arenbergprijs. De vrouwen doen het alleszins goed bij de Arenbergs.
Anna was 23 jaar toen ze huwde. De rest van haar leven zal in het teken staan van het voortbestaan en de promotie van het huis Arenberg. Met hun twaalf kinderen zorgde het echtpaar Arenberg-Croy zeker voor het voortbestaan ervan. Met niets ontziende ijver is vooral Anna van Croy er in geslaagd om het huis Arenberg tot een van de machtigste, zo niet machtigste adellijke familie in de Nederlanden te maken. In die strategie paste zowel de aankoop van de prestigieuze heerlijkheid Edingen, de strijd om de titel hertogin van Aarschot na het kinderloos overlijden van haar enige broer Karel, een uitgekiende huwelijkspolitiek voor haar talrijke kroost en een zeer luxueuze levensstijl die moest wijzen op de 'grandeur' van het Huis. Na Karels dood in 1616 heeft Anna alleen de strijd om macht en prestige verder gezet. Ze was waarlijk een 'grande dame'.
Deze scriptie steunt hoofdzakelijk op Arenbergarchieven; ze getuigt van groot vakmanschap en is vlot geschreven. Mirella Marini verdient dan ook terecht de regionale Arenbergprijs.
Mirella Marini: Acceptance speech
Mirella Marini
Messeigneurs,
excellenties,
dames en heren,
Toen ik voor het eerst het Arenbergarchief in Edingen binnenstapte, kon ik mij niet voorstellen welk een ongelooflijke massa aan materiaal mij te wachten stond. Het unieke aan dit archief is werkelijk de hoeveelheid brieven en andere documenten waaruit je als onderzoeker als ’t ware kunt kiezen. Dat is een hele luxe! Toch brengt dit ook andere problemen met zich mee, want op welke basis ga je een keuze maken?
En faite, c’est Anne de Croy elle-même qui m’a aidé à résoudre ce problème. C’est elle qui m’a indiqué ce qui était de la plus grande importance dans sa vie. Dans les années ’20 du 17e siècle elle avait décidé de rassembler et copier les lettres et autres documents les plus importants pour chacun de ses enfants, comme par exemple les contrats de mariage. Elle en faisait un livre ou plus par enfant. Aujourd’hui on connaît ces livres aux archives sous la dénomination « Biographies ».
Natürlich hat die Anna von Croy nie wirklich eine Biografie von ihre Kinder schreiben wollen. Aber doch kriegt man eine sehr gute Idee über das Leben und die Karakter dieser Prinzen und Prinzessinnen.
Anna van Croy zelf pretendeerde dat zij de boeken liet opstellen als een soort hulpinstrument voor haar kinderen; als een soort bewijs van hun rechten bij eventuele twisten, tegenover derden natuurlijk. Maar niets is minder waar. Het werd snel duidelijk dat die bundeling documenten eerder bedoeld was als een herinnering voor haar kinderen van wat zij allemaal aan hun moeder verschuldigd waren.
Et je peux vous assurer, Anne de Croy n’a jamais mis un pied sur un champ de bataille, mais elle pouvait vraiment tuer avec sa langue et avec sa plume.
Elle avait une sorte d’obsession concernant ce qu’elle appelait les „papiers“ de la maison d’Arenberg. Avec cette expression elle voulait indiquer toute sorte de manuscrit qui pouvait l’aider à défendre et aussi à promouvoir les intérêts de cette maison, de cette famille. On a l’impression qu’elle s’identifiait avec la maison, surtout après le décès de son mari. La maison, c’était elle.
Sie hat ihre Getrauen dan auch immer wieder gefragt diese Papiere sehr gut auf zu bewaren. Sie wahr, um so zu sagen, die erste Archivärin.
Het mag u niet verwonderen dat Anna van Croy de geschiedenis inging als een sterke, maar soms ook als een moeilijke dame. Dat beeld moet echter ook een beetje genuanceerd worden. Ziet u, zij was ook zeer vaak alleen. Haar echtgenoot was vaak afwezig en zelfs in het buitenland; haar kinderen werden zeer jong geplaatst bijvoorbeeld in kloosters of als menines bij de Aartshertogen. Niet omdat zij ze kwijt wilde, maar omdat zulks voor hun opvoeding en ook voor een latere succesvolle carrière onontbeerlijk was. Haar hele leven trachtte zij die leegte op te vullen.
Elle s’entourait par exemple de gens, toute sorte de gens, elle avait une poignée de fidèles qui devaient la promettre de ne jamais la quitter. C’était tellement important qu’elle les menaçait de les oublier dans son testament. Et comme la famille d’Arenberg l’a découvert après sa mort, elle n’a pas manqué à récompenser des services bien rendus.
Nadat ik mijn licentiaatsverhandeling af had, heb ik mij vaak afgevraagd of ik haar een dienst bewezen heb. Zulke gedachten zijn misschien niet zo wetenschappelijk, maar u vergeeft mij mijn misstapje wel. Het is moeilijk om objectief te blijven op een dag zoals vandaag.
Darf ich Ihnen, Monseigneur, und ihr Vater und ihre ganse Familie gans herzlich danken für ihre wissenschaftliche Initiatieve, ihre groβe sorge um das Archief und natürlich für diesen Preis.
Ook het wetenschappelijk comité dank ik hartelijk voor het toekennen van deze prijs en ook u dank, professor Symoens, voor het uitspreken van mijn laudatio.
Ik zou hier vandaag niet staan, indien mijn werk niet was afgeraakt. Daarvoor heb ik 1 iemand in het bijzonder te danken, namelijk mijn promotor, Prof. Jan Roegiers. Tot slot dank ik met vreugde mevrouw Lieve Bické en de heer Guy Lernout van het Arenbergarchief in Edingen voor hun medewerking, hun vriendelijkheid en ook voor het occasionele kopje koffie.
Aan alle de hierboven vermelde personen, en in het bijzonder aan Anna van Croy en haar nakomelingen, mijn welgemeende dank.